Zuid-Hollandse en Zeeuwse Delta, 12 januari 2020

Op een wisselvallige zondag met af en toe wat regen maar vooral veel wind vertrokken we met een kleine groepje richting de Hollandse Delta. Meestal hebben we een redelijk vaste route, maar op de parkeerplaats besloten we om hier ditmaal een klein beetje van af te wijken. Reden hiervan was de aanwezigheid van een grote trap in de polders tussen Brielle en Oostvoorne.

Grotetrap
Grotetrap


Na een klein uurtje rijden,kwamen we aan in deze polders en meteen was de grote trap in beeld. Het is een soort die zelden in Nederland wordt gezien, maar toch zit er een apart verhaal aan deze vogel. De vogel is geringd en gezenderd en dit is duidelijk te zien door een halsketting en een dunne antenne die over de rug heen loopt. Nadat de vogel eind december was gevonden, werd al snel duidelijk dat de vogel uit Noordoost-Duitsland kwam. Hier leeft nog een grote trappen populatie, maar omdat het hier 20 jaar geleden erg slecht mee ging en men bang was voor het uitsterven, zijn er aparte gebieden ingericht en wordt een deel van de eieren geraapt en in machines uitgebroed. Na het uitkomen van de eieren worden de jongen enige tijd gevoerd en daarna weer in het wild los gelaten. Door deze maatregelen is het aantal grote trappen de laatste jaren weer gegroeid van minder dan 50 naar meer dan 300 exemplaren. Ook deze grote trap van Oostvoorne is geholpen met uitbroeden en om deze reden wordt de vogel niet als officiële wilde vogel gezien. Dit maakt de vogel echter niet minder mooi en dus was het leuk om de grote trap even op onze route mee te pakken.

Grotezee-eend
Grotezee-eend


Tijdens een regenbui reden we verder naar de Brouwersdam waar we vol in de wind stonden wat het niet makkelijk maakte om de vogels goed in de kijker te krijgen. Na een eerste middelste zaagbek was de volgende vogel meteen een bijzondere: de zwarte zeekoet. De vogel bevond zich op een redelijke afstand tussen de golven maar was door iedereen uiteindelijk goed te bekijken omdat hij langzaam wat dichterbij kwam. Naast de zwarte zeekoet zwom een roodhalsfuut, helaas zagen we dit echter pas thuis op een foto. Deze vogel hadden we eerst gezien als kuifduiker omdat er hier meerdere van zwommen, maar dit was dus een extra soort die we even gemist hadden.
Op zee zagen we steeds meer middelste zaagbekken en brilduikers en op de dam waren meeuwen, scholeksters, steenlopers en drieteenstrandlopers druk met het zoeken naar voedsel.

Ijseend
Ijseend


Volgende doelsoort was de ijseend en deze werd ook redelijk snel gevonden. ’s Ochtends zagen we alleen het mannetje, maar op de terugweg zwommen man en vrouw ijseend weer mooi bij elkaar. Verder nog een geoorde fuut, diverse eidereenden en op wat grotere afstand ook zwarte zee-eenden. Bij de spuisluis lag de bekende groep zeehonden in de stroming te profiteren van de hier aanwezige voedselrijkdom.
De Prunjepolder was onze volgende locatie en is altijd goed voor grote aantallen vogels. Een groep van duizenden kieviten gemengd met goudplevieren stond afwisselend op de oevers en vloog dan weer op door de aanwezigheid van een jagende buizerd. Ook meerdere lepelaars en kleine zilverreigers lieten zich zien, al zorgde de harde wind ervoor dat ze vaak in de wat meer beschutte slootrandjes stonden. Kuifeenden, smienten en slobeenden zwommen op het water en diverse torenvalken speurden de dijken af op zoek naar muizen.

Torenvalk
Torenvalk


Via de Schelphoek en de Stolpweg reden we naar de Stompetoren aan de Oosterschelde. In de polders een paar kleine zilverreigers, een grote groep rotganzen en wulpen, maar verder vrij stil. Bij de Oosterschelde een stop gemaakt voor een grote zee-eend. Vanaf een dijkje, waar we weer de volle laag van de wind kregen, hadden we een prachtig zicht op deze vogel.
Via de Oosterscheldekering vervolgden we de route naar Neeltje Jans waar al enkele weken een ijsduiker in de haven zwom. Ook deze werd snel gevonden en kon door de telescoop goed bekeken worden. Ook enkele dodaarsjes en middelste zaagbekken lieten zich fraai bekijken.
Vervolgens terug richting het noorden waarbij we nu op een sneller tempo langs de Brouwersdam gingen, maar de mooie ijseenden lieten ons toch nog even stoppen. Leuk om te zien was dat de vogels die ’s morgens volop aan het foerageren waren, nu als groepen bij elkaar stonden om een beetje beschutting te hebben tegen de harde wind. Enkele honderden scholeksters (waaronder ook een geringd exemplaar) en tientallen drieteenstrandlopers stonden zo prachtig bij elkaar.
In de polders nog wat groepen brandganzen, kolganzen en grauwe ganzen. Het was weer een mooie eerste excursie van het jaar 2020.