Ondanks 9 aanmeldingen vertrokken we ’s ochtends met een groepje van slechts 5 personen richting Noord-Holland. Na ca. 3 kwartier rijden, kwamen we aan bij de Gouwzee aan de zuidkant van het plaatsje Marken. Vanuit de auto was al te zien dat er vele vogels op het water dreven en dat er dus genoeg te ontdekken was.
Een van de mooiste eenden liet zich meteen al goed bekijken, meerdere krooneenden lagen heerlijk te dobberen, badend in het zonlicht. Verder waren het vooral veel kuifeenden, tafeleenden en meerkoeten: vele duizenden. Dan is het een sport om hier andere eenden tussen te ontdekken en al redelijk snel werd een eerste topper gevonden. Ze lijken behoorlijk op kuifeenden en in eerste instantie vonden we alleen de vrouwtjes. Auke en Liesbeth zochten met de telescoop de groep af en zo werden er ook enkele mannetjes topper ontdekt.
Ook in de lucht zat veel beweging met overvliegende groepen ganzen, waaronder vooral veel kolganzen en brandganzen, maar ook enkele toendrarietganzen. Verder vloog er af en toe een veldleeuwerik over.
We zijn uiteindelijk de hele dijk afgelopen tot aan Marken en ontdekten zo nog brilduiker, grote zaagbek, slobeend, dodaars, watersnip en kemphaan.
De tijd vloog voorbij en het werd duidelijk dat we iets minder stops moesten maken, maar midden op de Houtribdijk tussen Enkhuizen en Lelystad moesten we toch even kijken of hier wat te vinden was. Ook hier een paar toppers tussen de kuifeenden en een stukje dichterbij dan op de vorige locatie. Verder zwommen er meerdere middelste zaagbekken en een grote zaagbek en deed een grote zilverreiger zijn best om tussen de rotsblokken een maaltje te vinden. En met succes!
Door naar de Oostvaardersplassen. Het was zulk mooi weer, dat we echt nog wel een stukje wilden wandelen. We waren duidelijk niet de enigen die op dat idee waren gekomen, we hadden het nog nooit zo vol met auto’s gezien op de Knardijk.
Drukte is voor vogels meestal niet zo’n goed teken maar al snel bleek dat de vogels (en wij) daar toch weinig problemen mee hadden. Bij een eerste kijkhutje werden meteen al twee zeearenden ontdekt, zittend in een kale boom. Wel ontzettend ver weg, maar het begin was er. Verder ook hier grote zaagbek, veel bergeenden en een rietgors.
Na een stukje wandelen zagen we een zeearend van ons af vliegen, waarschijnlijk eentje die net in de boomtop zat. Op een mooi punt keken we wat langduriger om ons heen en hoorden volop cetti’s zangers. We begonnen wat te kletsen en het zou toch mooi zijn als zo’n arend recht op je af komt vliegen …. of dat we nu die klapekster ontdekken die hier af en toe gezien wordt, maar ja dat zal wel niet want het is vast te druk.
Misschien moeten we vaker onze wensen uitspreken, want niet veel later zagen we een zeearend op ons afvliegen. Hij kwam dichterbij, nog dichterbij en bleef recht op ons aanvliegen om uiteindelijk recht over ons hoofd te vliegen op ca. 20 meter hoogte…. Wat een enorm grote beesten zijn het dan (ca. 230 cm spanwijdte). Wow, dat is echt gaaf!
Maar we zijn nog niet uitgepraat over deze bijzondere ervaring als Liesbeth zegt: wat landt daar in die dode boom? Ja hoor, de klapekster. Helaas slechts een korte stop, maar toch even mooi kunnen zien. We kijken nog even op de camera’s of er mooie beelden van de zeearend bij zitten als de ganzen en eenden weer onrustig worden. Nu komt vanaf de andere kant weer een andere zeearend (een juveniel exemplaar) aangevlogen. Ditmaal wat verder van ons af, maar nog steeds erg mooi te zien.
Zullen we nu toch nog maar even verder lopen naar de kijkhut? Enkele groepen kramsvogels vliegen langs en zoeken plekken waar ze even kunnen landen. In de kijkhut is het warm en zien we een jagende blauwe kiekendief, in de verte weer een zeearend en heel veel edelherten. Tijd om terug te wandelen en bij bezoekerscentrum leverde dit toch nog wat leuke soorten op zoals matkop, staartmees en vuurgoudhaan.
Aan het eind van de dag stond de teller op een ruime 70 soorten, waarbij de zeearend toch wel echt de klapper van de dag was.