Op Zondag 28 November zijn we met 11 personen op pad gegaan richting de omgeving van Nijmegen. Het was even wennen aan de lage temperaturen, maar verder was het prima weer om vogels te kijken.
De eerste stop was bij de Bemmelerwaard, waar we een mooie wandeling hebben gemaakt. Bij aankomst viel al op hoeveel bessenstruiken er in het gebied stonden en in deze periode van het jaar kan het niet anders dat er dan ook veel lijsterachtigen moeten zijn.
En inderdaad, in het gebied waren veel lijsters zich tegoed aan het doen aan de bessen. Vooral de koperwiek was goed aanwezig, maar ook enkele zanglijsters merels en een eenzame kramsvogel.
Ook de buizerd en torenvalk waren goed vertegenwoordigd en lieten zich regelmatig zien net als een aantal grote zilverreigers die in het zonnetje natuurlijk extra goed opvallen.
Bij een oud gemaaltje werd een fraaie ijsvogel gezien en deze leidde ons naar een mooie plas waar diverse eenden en futen zwommen. We zagen hier een nonnetje, de eerste van het seizoen. Een prachtige eendensoort. Dit exemplaar leek een jong beest, nog niet volledig in prachtkleed. Twee roepende witgatjes gaven een mooie vliegshow weg en in de bosjes was een groep staartmezen druk aan het foerageren.
Tijdens de wandeling over een smal pad langs het water was het ook leuk om de vele glijsporen van de bevers te zien. Na eerst wat twijfel, was het even later goed te zien aan de vraatsporen aan de takken.
Na de wandeling hebben we met de auto de Waaldijk gevolgd tot Polder Gendt. Deze polder herbergt nog een steenfabriek en wat losse woningen maar is verder vooral vrij voor de natuur. Mooie groepen ganzen waren hier aanwezig (vooral kolgans) en de eerste twee ganzen met ring werden gezien en afgelezen door Menno en Jeroen.
De tijd vloog voorbij en we wilden ook nog naar de Ooijpolder aan de andere kant van de Waal. Na aankomst kwamen we hier meteen terecht in een enorme groep kolganzen die ook nog eens vlak langs de weg zaten. Mooi te zien was het verschil tussen de volwassen en jonge beesten. Ook hier weer enkele geringde exemplaren, evenals verderop in de polder. Totaal hadden we deze dag 8 ganzen waarvan de ring kon worden afgelezen, dit waren kolganzen en grauwe ganzen. Sommige exemplaren kwamen gewoon uit de buurt en hadden een radius van slechts enkele tientallen kilometers, maar ook hadden we een exemplaar uit het oosten van Duitsland, Litouwen en een Russisch eiland in de Barentszee.
De volgende stop bij een mooie meidoornhaag leverde een klapekster op. In eerste instantie op flinke afstand, maar na even wachten kwam de vogel steeds dichterbij en ging prachtig voor ons in de lucht bidden.
Op een veld met uitgebloeide zonnebloemen was een flink groep kleine vogeltjes aanwezig. Vooral vliegend en dan kortstondig op en tussen de zonnebloemen om zaden te pikken. De groep bestond uit voornamelijk groenlingen en verder vinken en putters.
De route door de polder leverde nog veel kolganzen op en op het eind ook nog wat mooie toendrarietganzen. Het was weer een mooie dag met totaal 55 vogelsoorten.